Levensreddend handelen: in de sportgebouwen aan de Westergast te Zuidhorn en de Oosterweg in Noordhorn is in juni 2006 een defibrillator (ook wel AED genoemd) geplaatst.
Wat is een AED?
De AED (Automatische Externe Defibrillator) is een apparaat waarmee één of meerdere stroomstoten aan het hart kan worden toegediend indien er sprake is van een levensbedreigende hartritmestoornis. Het apparaat geeft zelf aan of er een schok gegeven moet worden. De AED maakt onderscheid tussen hartritmestoornissen waarbij een defibrillatorschok moet worden toegediend en ritmes waarbij dit niet nodig is.
Overlevingskans bij gebruik van een AED.
In Nederland overlijden ongeveer 15.000 mensen per jaar aan een hartstilstand. Velen van hen worden buiten het ziekenhuis, thuis, op straat, op het werk of bij het sporten getroffen. Elke minuut dat het langer duurt voordat het normale hartritme terug is, daalt de overlevingskans van een patiënt met tien procent. Een snelle reanimatie is dus nodig temeer daar de gemiddelde aanrijtijd van een ambulance circa tien minuten betreft. Met de komst van de AED is het voor omstanders mogelijk snel en adequaat te reageren bij hartfalen.
Indien binnen vijf minuten wordt gedefibrilleerd is er een redelijke kans van overleven met voldoende kwaliteit van leven.
Door wie kan een AED gebruikt worden?
De AED is een veilig apparaat in handen van diegenen die een opleiding hebben gevolgd in reanimeren en het gebruik van het apparaat. Het apparaat is eenvoudig te bedienen en veilig voor patiënt en gebruiker. In geval van een noodsituatie kan de AED worden gebruikt door ongeschoolden. De apparatuur is zo ontwikkeld dat geen levensbedreigende fout kan worden gemaakt. Wel zal vaak na het gebruik van een AED aanvullend gereanimeerd moeten worden. Van belang blijft in alle gevallen voor het gebruik van de AED eerst 1-1-2 bellen om de hulpdiensten te alarmeren.